Wie houdt er nou niet van chocolade?

Een lekker stuk wit, melk of pure chocolade. Allemaal even lekker. Maar weet u waar chocolade vandaan komt?

Voor het maken van chocolade heb je cacao nodig. Cacao is een natuurlijke grondstof. Dit groeit in de vorm van cacaobonen aan een boom.

De cacaobomen waar chocolade vandaan komt.

waar chocolade vandaan komtDe cacaoboom groeit in landen met een warm tropisch klimaat. Vooral in de landen die rondom de evenaar liggen zoals Zuid-Amerika, West-Afrika, en waar een hoge luchtvochtigheid met temperaturen tussen de 20°C en 35°C heerst. De cacaoboom staat niet graag in de volle zon en houdt van vochtige omstandigheden. Harde wind is ook niet goed voor cacaobomen. Daarom wordt de cacaoboom geplant op plaatsen waar hij hier tegen beschermd wordt. Zoals bijvoorbeeld aan de voet van een grote bananenboom, daar kan hij wel 15 meter hoog worden! Om het oogsten makkelijk te maken laat men de boom op plantages niet hoger dan zo’n vier meter hoog worden.

De cacaoboom krijgt wit/roze bloemen en groeit het hele jaar door. De bloemen kunnen na een paar jaar groeien tot een vrucht. Deze vrucht bevat de zaden of cacaobonen die uiteindelijk verwerkt worden tot cacao.

Van boon tot cacaopoeder.

De cacaoboon wordt in een aantal processen verwerkt tot poeder.

Het gistingsproces.

Nadat de vruchten zijn volgroeid begint men met het plukken van de vruchten. Meestal d.m.v. het gebruik van een kapmes. De vrucht kan nu  voorzichtig worden open gesneden en de bonen, die in een witte pulp liggen, kunnen worden geoogst. Dit wordt met de hand gedaan. Dan legt men de bonen in grote hopen onder bananenbladeren of in een grote mand zodat het gistingsproces kan beginnen. De bonen krijgen zo hun roodbruine kleur door de hitte die ontstaat tijdens het gistingsproces.

Het drogen van de cacaobonen.

Na het gistingsproces worden de bonen door de cacaoboeren gedroogd in de zon op een harde ondergrond. Het is de bedoeling dat het vochtgehalte van de bonen wordt terug gebracht tot 8 %. De grote industrieën maken gebruik van drogen door middel van warme lucht. Nu worden ze verpakt en verscheept naar de chocolade fabrieken om daar verder te worden verwerkt.

Het branden.

De cacaobonen worden gebrand om het vochtgehalte nog verder terug te brengen tot ongeveer 3%. Daarna worden de bonen gekoeld en gezeefd om resten van de peul te verwijderen. Daarna worden ze gemalen zodat er een gladde cacaomassa ontstaat.

Cacaomassa, poeder en cacaoboter.

De cacaomassa wordt nu gedroogd totdat er nog maar twee procent vocht in zit. Er ontstaat een massa met een poreuze sponzige structuur. Dit komt door de zwelling van het zetmeel. In deze massa zit 55% vet, de zogenaamde cacaoboter,  wat verwijdert wordt om een harde chocoladekoek over te houden. Deze chocoladekoek wordt vermalen of gesmolten en gebruikt voor de productie van uw chocolade.